1. Weer of geen weer: altijd loopweer!
Bij 28°C gooi je alle laagjes van je af en neem je een gekoeld flesje water mee, en bij 3°c haal je die muts toch maar eens boven. Bij regen word je nat, maar dat doe je toch, is het niet van de regen, dan van het zweet, en bij wind krijg je gratis airconditioning, o wat kan dat deugd doen! Alleen als het stenen uit de grond vriest én glad ligt, ruil je beter voor een keer je loopschoenen in voor wandelschoenen, en bij echt stormweer krijgt niemand graag een omwaaiende boom op z’n kruin. Maar dat gebeurt echt niet vaak, dus het weer is zelden een excuus.
2. Om te lopen heb je écht niet veel nodig.
We hebben tegenwoordig keuze zat aan shirts, broeken, horloges, mutsen, brillen en gps-uurwerken in alle kleuren en formaten. Maar au fond hebben we maar één ding écht nodig: een paar goede hardloopschoenen! Dat maakt het lopen tot een uiterst toegankelijke, goedkope én ecologische sport. We stoten zelfs geen uitlaatgassen uit ;-).
3. Hardlopen: You love it or you hate it
Zeg tegen een nieuw contact dat je hardloopt en je krijgt twee soorten reacties: ‘Bah, niks voor mij’, vaak gevolgd door allerhande redenen gaande van kapotte knieën via een degout opgelopen tijdens het schoolturnen op elfjarige leeftijd tot ‘wat saa-aai! Geef mij maar squash!’ Of: ‘Ah, wat leuk, ik loop ook, wat doe jij zoal?’ En je hebt meteen een gezellige babbel. Tussen die twee uitersten is er niks.
4. Iedereen heeft wel eens een blessure, maar God bless you: genezing is nooit ver weg!
De pees van achilles, een overbelaste knie, een kuit die even niet meer mee wil… wie heeft het niet eens ‘zitten’? Laat je goed begeleiden en weet dat het in de meeste gevallen geen kwaad kan rustig te blijven joggen. Moet je toch even stoppen, besteed dan wat extra aandacht aan kracht- en stabiliteitsoefeningen, leg zo nodig een tape en zwem, fiets of fitness om je conditie toch minimaal op peil te houden. En hey, je bent een loper => je bent gezond => het zal wel genezen!
5. Je wordt er alleen maar gelukkiger van.
Dit hoeft verder geen betoog, of heeft er iemand na een run (kort of lang, traag of snel) al ooit gedacht: ‘pfff had ik dit maar niet gedaan’???
6. Je gooit hoge ogen.
Vrienden die niet lopen, vinden jouw prestaties altijd puik! Of je nu puffend je opmars aan het maken bent naar je eerste 5 km, het halve deelnemersveld achter je laat tijdens een halve marathon, of een flinke 88,5 km per week traint… het is altijd méér dan je maat wiens sportiefste activiteit bestaat uit het volgen van de koers!
7. Het helpt je om knopen te ontwarren (of door te hakken).
Dat heb je vast ook al meegemaakt: tijdens dat toertje lopen komt er ineens een oplossing in je op. Het woord waarnaar je zocht, de formulering die je maar niet op papier kreeg, de kronkel die je nodig had om van x en y naar z te geraken. Dat komt omdat je geest ontspannen is en even met iets heel anders – of net helemaal nergens mee – bezig is!
8. Hardlopen is superefficiënt!
Maar 50 minuten tijd? OK. 2 minuten aankleden, 40 minuten lopen, 1 minuut uitkleden, 5 minuten douchen, 2 minuten weer aankleden. Klaar!
9. Je moet er écht niet veel voor kunnen.
Zet de ene voet voor de andere. Wandel. Ga steeds sneller. Tot je plots merkt dat je aan het joggen bent. Ziezo! Vertrokken!
Het verschil tussen wandelen (en ook snelwandelen!) en rennen is dat je bij rennen telkens even de grond niet raakt, waar je bij (snel)wandelen steeds met één voet de grond raakt. Wist je dat een snelwandelaar uit de race wordt gehaald zodra hij toch met zijn twee voeten tegelijk in de lucht hangt?
10. Die lekkernij heb je meer dan dik verdiend!
We letten op onze voeding, da’s zeker, anders waren we geen lopers, havermout is beter dan brood en honing is beter dan geraffineerde suiker… Maar geef toe: een biertje, een frietje mét een kwakje mayo of dat ene lievelingsgebakje op zondag kan toch ook eens smaken? Welnu, als je zopas 312, 568 of 986 kCal hebt verbruikt, dan kan zulks echt geen kwaad en vóór alles geldt nog altijd:
*** GENIET! ***
